Artikelen getagd met Fokke Aardema

Aardema emigratie

In het vorige log heb ik de gegevens over de emigratie in 1892 van Lykele Aardema gepubliceerd. Zoals geschreven in dat log was hij niet de eerste in deze Aardema-familie die de grote stap waagde. Van deze familie Aardema emigreerden er veel meer personen. Daarvan probeer ik hieronder een beeld te geven. De uitwerking betreft uitsluitend de nakomelingen van Bastiaan Aardema en Aukje Marcus. Er zijn meerdere families Aardema die emigreerden, de uitwerking daarvan laat ik aan anderen over. Sommige families durfden de stap wel aan, anderen aarzelden. Het was ook eenvoudiger om te emigreren als je familie en bekenden mee gingen.

Lykele Aardema overleed, zoals in het vorige log geschreven, in 1903 in het huis van zijn intussen ook geëmigreerde broer Fokke Aardema in Hospers, Iowa. Op 4 maart 1893 vertrokken volgens De Telegraaf uit Rotterdam via Boulogne sur Mer naar New York met het stoomschip Spaarndam, de vroegere ss Arabic: Fokke Marcus Aardema met de jongeheren Marcus Aardema en Hendrik Aardema en de mejuffrouwen Aaltje Aardema en Maaike Aardema.
Fokkes vrouw Aukje de Jong was in 1892 in het Academisch ziekenhuis in Groningen overleden. Tegelijkertijd met Fokke arriveerde in 1893 in New York een 51-jarige mevrouw Aardema die werd genoteerd als “wife” van Fokke. Het is mij niet bekend of Fokke in Nederland is hertrouwd na het overlijden van Aukje de Jong. De onbekende vrouw werd ingeschreven met de initialen van de voornaam J. (Ellisisland) of T. (Castle Garden) Aardema. De bestemming van Fokke werd genoteerd als zijnde Alton. Hij ging wonen in de plaats Hospers (Lynn Township), dat is vlakbij Alton.
In de Telegraaf wordt als emigrant vermeld die met hetzelfde schip vertrekt Trijntje Graanstra. Dit is misschien Trijntje, dochter van Kornelis Graanstra en Fokje Aardema. Fokje was een dochter van Bastiaan en Aukje. Trijntje Graanstra en Jan Barma (1828-1886) trouwden in 1860 in Marum en ze kregen vier kinderen. Deze kinderen overleden allemaal voor of in 1891. Misschien is Trijntje toen als weduwe en kinderloos met haar familie meegereisd naar de USA. Maar of ze ook de “wife” van Fokke  Aardema is? Volgens de Amerikaanse papieren was de “wife” bij aankomst in 1893 in New York 51 jaar oud, wat niet in overeenstemming is met Trijntjes werkelijke leeftijd, ze was toen (als het dezelfde is) 58 jaar oud.

Ook met hetzelfde schip emigreerden: (het gezin van) den heer Bastiaan Graanstra (zoon van Kornelis en Fokje, zie hierboven), zijn vrouw Willemke Hazenberg en verder Berend Graanstra (zoon), Cornelis Graanstra (zoon), Fenje Graanstra (dochter), Berendina Graanstra (dochter), Albertje Graanstra (dochter), Trientje Graanstra (dochter), Fenna (natuurlijke dochter van Fenje) Graanstra (kleinkind). Daarnaast staken met hetzelfde schip ook nog eens Wiebe Nijenhuis met zijn vrouw en kinderen Willem, Bastiaan en Ebbel Nijenhuis de grote plas over. Wiebe Nijenhuis was getrouwd met Fokje Graanstra, de oudste dochter van Bastiaan Graanstra en Willemke Hazenberg. Daarmee emigreerde het complete gezin van Bastiaan Graanstra en Willemke Hazenberg in 1893 naar de USA.

Een andere zoon van Kornelis Graanstra en Fokje Aardema, namelijk Fokke Graanstra, was samen met zijn vrouw Trientje Sennema en hun drie kinderen in 1887 al geëmigreerd. Ze woonden toen in Ulrum en vertrokken naar Noord-Amerika ter verbetering van hun bestaan, ze waren Christelijk Gereformeerd.

Een andere dochter van Kornelis Graanstra en Fokje Aardema was Wietske. Ze trouwde met Pieter Postema. Ook zij emigreerden naar de USA, het is mij niet bekend wanneer precies. Ze kregen tien kinderen, waarvan negen in Nederland. Eén zoontje was jong overleden. Ze vertrokken met hun kinderen Hendrik, Foktje, Jantje, Auktje, Kornelis, Dirkje, Trientje en Antje vanuit Noordwijk (Marum) ergens tussen 1880 en 1888. Ze woonden in Grand Rapids, Michigan.

Een dochter van Bastiaan Aardema en Aukje Marcus, namelijk Gooitske, was getrouwd met Jan de Groot. Dit echtpaar bleef in Nederland evenals bijna al hun kinderen. Alleen zoon Harke de Groot (1850-1935), getrouwd met Antje Dijkstra, emigreerde in 1881 naar de USA, samen met hun vijf nog levende kinderen. Hij ging in Michigan wonen. Mogelijk ging Harkes zuster Aukje mee. Van haar is in Nederland niets terug te vinden.

Bastiaan Aardema en Aukje Marcus hadden ook een zoon Fokke. Hij trouwde in 1841 met Jantje Lammers. Ze kregen tien kinderen, waarvan er zeven volwassen werden. Rond 1861 verhuisden Fokke en Jantje naar Grootegast. Later weer naar Leutingewolde / Nietap. Bijna al hun kinderen bleven in Nederland, behalve dochter Geertje (1845-1903) die in 1865 trouwde met Gerrit Witvoet (1835-1925). Dit gezin emigreerde in 1892 naar de USA, ze arriveerden op 13 april van dat jaar in New York met het ss. Rotterdam. Hun bestemming was Roseland. De kinderen die worden genoemd zijn Fokke 24 jaar oud, Lambertus 21 jaar, Neelina 20 jaar, Aaltje 16 jaar, Jan 13 jaar, Iwina 11 jaar, Bastiaantje 8 jaar en Anna 4 jaar oud. Een zoontje, Bastiaan was in Nederland overleden (Grootegast). In 1897 volgde nog de dochter Jantje Witvoet samen met haar man de smid Wobbe van der Veen uit Marum, vergezeld van hun kinderen Wiebren, Gerrit en Fokke van der Veen. Daarmee is ook het complete gezin van Gerrit Witvoet en Geertje Aardema geëmigreerd.

Tenslotte nog het gezin van Marcus Aardema en Aaltje van der Meer. Over zoon Lykele heb ik in het vorige log al geschreven en over zoon Fokke aan het begin van dit log. In Nederland bleef de derde zoon Bastiaan achter. Hij trouwde met Antje van der Vlugt. Bastiaan en Antje kregen elf kinderen. Daarvan werden vijf volwassen. De kinderen bleven wonen in Nederland, behalve hun zoon Marcus (1884-1969). In 1908 verraste hij zijn ouders met een advertentie in de Hepkema. Zijn ouders waren op 6 mei van dat jaar 35 jaar getrouwd. Uit de advertentie blijkt dat Marcus in dat jaar in Cordon, Oregon in de USA woonde.

advertentie Aardema - van der Vlugt

advertentie Aardema – van der Vlugt

Enkele jaren later was Marcus echter terug in Ureterp en hij trouwde in 1915 met Jantje Steensma. Hun grafstenen staan nog op het kerkhof van Ureterp.

Het is mogelijk dat het de lezer is gaan duizelen met al die verschillende namen en relaties. Daarom heb ik het nageslacht van Bastiaan Aardema en Aukje Marcus uitgewerkt in een separaat bestand waarin met kleur is aangegeven wie er geëmigreerd zijn, klik hier.

Er volgt nog een nabrander over Lykele Marcus Aardema, dan in een geheel andere setting.

, , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,

1 reactie

Lykele Marcus Aardema

Lykele Marcus Aardema werd op 13 november 1847 in Ureterp geboren als zoon van Marcus Aardema en Aaltje van der Meer. Hij bleef ongehuwd. In de notariële archieven wordt hij een aantal malen vermeld als koper en verkoper en als huurder en schuldenaar. In 1882 verkocht hij samen met zijn stiefvader Hendrik de Jong en zijn broers Bastiaan en Fokke Aardema een huis en land in Ureterp aan Sake Hoekstra. Dat zal de erfenis van zijn in 1878 overleden moeder Aaltje zijn geweest. Aaltje was na het overlijden van vader Marcus hertrouwd met Hendrik de Jong. In 1878 kocht Lykele een zathe in Drachtstercompagnie van Tjeerd Buursma. In 1890 kocht hij een huis en land in Ureterp van Jeen Planting.
Lykele had echter gezondheidsproblemen en kwam waarschijnlijk via een advertentie in contact met de Nederlandsch-Amerikaansche Land- en Emigratie-Maatschappij in Utrecht.

Nederlandsch-Amerikaansche Land- en Emigratiemaachappij

Nederlandsch-Amerikaansche Land- en Emigratiemaachappij

In een brochure van die maatschappij werd het klimaat in de Amerikaanse staat Colorado aangeprezen als zijnde heel gezond. De maatschappij was daar in de plaats Alamosa in de San Luis Vallei een kolonie “op Gereformeerde grondslag” aan het oprichten en men zocht landbouwers, “settlers”. Lykele waagde de grote stap en emigreerde in 1892 naar Amerika. Daarin was hij niet alleen binnen de Aardema-familie, een aantal waren hem al voorgegaan. De hoogleraar Maarten Noordtzij van de theologische school in Kampen was voorzitter en Albertus Zoutman en Cornelis van der Hoogt zorgden voor de uitvoering van de taken van de Maatschappij.

Op 29 september 1892 liet Lykele een volmacht achter bij notaris Keuning in Beetsterzwaag en op 26 november 1892 kwam hij met het stoomschip Dubbeldam in New York aan. De reis werd vervolgd per trein en op 30 november arriveerde hij samen met een grote groep andere Nederlanders in Alamosa, Colorado. Direct begonnen daar de moeilijkheden, er waren geen woningen beschikbaar en evenmin landbouwgronden, beter gezegd die waren nooit door de maatschappij betaald. De emigranten woonden eerst in een tweetal schamele houten gebouwen. Na een paar weken brak er roodvonk uit evenals difterie. De zieken werden geïsoleerd in treinwagons. Elf kinderen kwamen helaas te overlijden. De Maatschappij had het allemaal te rooskleurig en onjuist voorgespiegeld. Met spoed kwam professor Noordtzij over uit Nederland. Het hielp allemaal niets, hij kreeg alleen de hoon van de emigranten over zich heen. Intussen hadden de emigranten zelf ook al aan de bel getrokken en in ingezonden krantenartikelen spraken ze over bedrog, ook al omdat de emigranten 26 dollar voor een acre land moesten betalen terwijl de aankoopprijs van de maatschappij 11,50 dollar was. In die periode stonden de kranten vol met artikelen over de mislukte emigratie naar Alamosa. De landbouwgrond was daar ook nog eens uitgeput of niet ontgonnen en de Nederlanders hadden ook nog nooit gehoord van irrigatiekanalen. Ze kwamen terecht in een dorre vlakte. Ook nu nog (2013) is zichtbaar dat het niet eenvoudig boeren is in de San Luis Vallei. Vanuit de lucht gezien (Google maps) lijkt het net alsof het landbouwgebied daar bestaat uit een grote hoeveelheid graancirkels, klik hier. Die cirkels worden echter gevormd door (noodzakelijke) sproei-installaties.

Enkele gezinnen slaagden er toch in zich te vestigen in Alamosa. Maar de meeste van de emigranten vertrokken (op aangeven van de Maatschappij) naar Crook, Colorado in de Platte Valley, waar ze eerst ook nog in treinwagons woonden. Ook hier bleek dat er wel grond was gereserveerd door de Maatschappij maar nooit betaald. Dat betekende het einde van de Hollandsch-Amerikaansche Land- en Emigratie-Maatschappij. De Nederlandse regering ging zich ermee bemoeien en was sprake van mogelijke strafvervolging. De meeste verplaatste emigranten verlieten daarop ook Crook en kwamen met behulp van de Christian Reformed Church in de staten Iowa, Kansas en Nebraska terecht.

Het was duidelijk: Deze emigratie, ook die van Lykele Aardema, was bijna helemaal mislukt. Lykele zelf ging in januari 1893 naar Maxwell, New Mexico. Daar was onder anderen een kolonie van tuberculose-lijders. Lykele was er ouderling en diaken. In 1898 was hij genezen van de TBC. Hij had een belofte gedaan dat “zoo het den Heere mocht gelieven hem te genezen” hij 25 dollar aan het (intussen opgerichte) sanatorium in Maxwell zou geven. Die belofte kwam hij na en in 1898 verliet hij Maxwell, hij ging terug naar Alamosa. Intussen waren er ook wel wat positievere geluiden over Alamosa in de kranten verschenen.

In het jaar 1900 schreef Lykele in Alamosa een ingezonden artikel voor “De Grondwet”, een in Amerika verschijnende Nederlandstalige krant voor immigranten. Het artikel handelde over de stichting van een School met den Bijbel in zijn geboorteplaats Ureterp.

Aan Allen uit Ureterp en Omstreken in Amerika.
Mijnheer de Redacteur. –Mogen we voor het onderstaande een plaatsje verzoeken on de veel gelezen GRONDWET? Inzake de voorbereidende werkzaamheden tot stichting eener school met den Bijbel te Ureterp in Nederland.
In naam van G. van Wageningen komt het schoolbestuur met een verzoek tot mij om al de vrienden en vriendinnen in Amerika, afkomstig uit Ureterp en omstreken met het een en ander in kennis te stellen. Hoe gaarne ik hieraan wil voldoen, zoo is het mij per brief niet mogelijk; in persoon nog minder, bij dezen mijnheer de  Redacteur uwe welwillendheid inroepende.
Tot stichting eener school met den Bijbel te Ureterp is een 3000 gulden nodig. Dat het den ouders en vrienden ernst is blijkt daaruit dat in Maart uit Ureterp en omstreken voor dit doel door aangiften en bij inteekening 1500 gulden is ingekomen. Alzoo komen die vrienden en oude kennissen met een vriendelijk verzoek tot ons om hulp en bijstand. Geliefde vrienden en vriendinnen uit Ureterp en omstreken, over dit grote land verspreid, zullen wij gezamentlijk onze genegenheid hun toonen in het zenden van een stoffelijke gave. Het is nu de welaangename tijd. ’t Is Gode welgevallig. Velen onzer zal het niet schaden. Tevens kan het hun daar helpen.
Ureterp ligt in het brandpunt van socialisme en allerlei Godmiskenning. Trots dit alles wordt er ook de volle raad Gods verkondigd. Hoe helderder het licht des te donkerder de schaduw. Dit beginnen vele ouders in te zien voor hun komst. Bij benadering zijn er een 150 tal kinderen gereed die vragen: geef ons een school met den Bijbel. Ondergetekende wenscht zich niet te onttrekken, wie volgt er meer? Voor dit doel neemt Ds. G.J. van Wageningen gaven in ontvangst, als ook ondergetekende, om later te verantwoorden.
Het adres van den leeraar is G.J. van Wageningen, Gereformeerd predikant te Ureterp, Friesland, Nederland, Europa
Getekend L.M. Aardema.
Alamosa, Colorada, San Luis Valley.

In de herfst van het jaar 1902 vertrok Lykele naar Iowa voor een plezierreisje. Zijn broer Fokke woonde daar sinds 1893 in de plaats Hospers, nader gepreciseerd in Lynn Township. Lykele overleed op 9 maart 1903 in Hospers in het huis van broer Fokke.

overlijden  Lykele Aardema

overlijden Lykele Aardema

Het meest opvallende dat Lykele ons heeft nagelaten is die ingezonden brief. Of er daarop giften zijn binnengekomen, dat heb ik niet kunnen achterhalen. Wel staat in het boek “van toen en thans”  van Fokke Schreiber over het 100-jarige bestaan van de school met de bijbel in Ureterp vermeldt dat het schoolbestuur in Ureterp een legaat had ontvangen van Fokke Aardema, “helemaal uit Amerika”. Fokke Aardema zelf was in 1892 als voorzitter betrokken bij de oprichting van de schoolvereniging. Wie weet, misschien waren de door broer Lykele ingezamelde gaven wel in het genoemde legaat opgenomen.

Literatuur:

De Volksvriend 08-12-1892, De Volksstem 04-01-1893, De Grondwet 07-02-1893, De Grondwet 14-02-1893, De Grondwet 02-03-1893, De Grondwet 21-03-1893, De Grondwet 02-05-1893, De Grondwet 23-05-1893, De Volksvriend 27-07-1893, De Grondwet 24-10-1893, De Grondwet 15-02-1898, De Grondwet 05-08-1900, De Volksvriend 26-03-1903.
Calvin College Grand Rapids, Origins, Vol IV, number 1, 1986
Calvin College Grand Rapids, Origins, Vol XXVI, number 2, 2008

Over emigratie in deze Aardema-familie volgt nog een tweede aflevering.

, , , , , , , , , , , , , , , , , , ,

Een reactie plaatsen